Ja, de armoede is het grote geheim van God. God is arm omdat Hij liefde is, beweging naar de andere toe. De Vader bezit niets omdat Hij alles wat Hij is aan de Zoon geeft. Hij is één en al beweging naar de Zoon. De Zoon van zijn kant, bezit niets : Hij is puur onthaal dat alles wil ontvangen van de Vader. Hij is één en al beweging naar de Vader toe. En zo is God absolute armoede. Hij heeft niets. Bij Hem is er niet het minste spoor van bezit. Hij bezit niet zichzelf : Hij geeft alles, en moet alles ontvangen. Door Hem te onthalen geeft de Zoon aan de Vader te kunnen zijn wie Hij is. Door hem alles te geven wat Hij zelf is, geeft de Vader aan de Zoon, zoon te kunnen zijn. De Heilige Geest is de geest van armoede, van totale zelfgave, binnen God. Van eeuwigheid zegt de Vader tot de Zoon : ”Jij bent alles voor me”. Hetgeen de Zoon beantwoordt met een even radicaal : ”Jij bent alles voor me”. En de Heilige Geest is het dynamisme zelf van dit wederkerig er-voor-de-andere-zijn.
Van alle wezens is God de armste : Hij bezit niets buiten zichzelf. Hij bezit niets omdat Hij alleen maar is. Zo dit perspectief u al teveel schokt, zeg dan liever : “God is rijk”, maar voeg er onmiddellijk aan toe : “rijk aan liefde, maar niet aan bezit”. Rijk zijn aan liefde is precies hetzelfde als arm zijn. God is oneindig arm. Het bezitten is de tegenpool van God. God is, wij bestaan, wij hebben ons beperkte zijn. Wij be-staan : wij staan op een wezensgrond die niet de onze is, maar die wij gekregen hebben. Aan dit stukje zijn, beperkt in de tijd en in de ruimte, klampen wij ons vast om niet te vallen in het niets …
De liefde alleen laat ons toe arm te worden van onszelf, er niet meer te zijn voor onszelf, afstand te doen van dit onszelf-bezitten. De arme van geest, waar Jezus het over heeft, is de mens die alles van God verwacht, de mens die niet steunt op zijn eigen bezit, die rekent op God en niet op zijn eigen mogelijkheden, de mens die zich niet voor zichzelf wil houden, maar er wil zijn voor de andere.
De heiligen die wij vandaag vieren zijn allen armen van geest. De arme van geest zet een voet in de beweging die de liefdesbeweging is van God zelf, dit arm zijn aan zichzelf omdat men niet meer leeft voor zichzelf. God alleen is heilig. De heiligheid is zijn wezen, zijn niet-op-zichzelf-gericht-zijn. Heilig worden is in deze armoede van God, de rijkdom van de liefde vinden. Op de een of de andere manier hebben al de heiligen die ons zijn voorgegaan dit geheim ontdekt en hebben zij uit liefde zichzelf laten varen.
De weg naar de heiligheid ? “Lass fahren”, herhaalt ons de Rijnlandse mysticus Tauler !
Broeder Mark uit de Abdij van Orval