In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: “Wanneer uw broeder gezondigd heeft, wijs hem dan onder vier ogen terecht. Luistert hij naar u, dan hebt gij uw broeder gewonnen. Maar luistert hij niet, haal er dan nog een of twee personen bij, opdat alles beruste op de verklaring van twee of drie getuigen. Als hij naar hen niet wil luisteren, leg het dan voor aan de kerk. Wil hij ook naar de kerk niet luisteren, beschouw hem dan als een heiden of tollenaar.
Voorwaar, Ik zeg u: Wat gij zult binden op aarde zal ook in de hemel gebonden zijn, en wat gij zult ontbinden op aarde zal ook in de hemel ontbonden zijn. Eveneens zeg Ik u: Wanneer twee van u eensgezind op aarde iets vragen – het moge zijn wat het wil – zullen zij het verkrijgen van mijn Vader die in de hemel is. Want waar er twee of drie verenigd zijn in mijn Naam, daar ben Ik in hun midden.”
Enkele bedenkingen bij de lezing van zondag 10 september 2017
*Jezus herinnert ons er voorzichtig aan dat wij, als leden van de kerkgemeenschap, verantwoordelijkheid dragen voor elkaar en dat het corrigeren van onze broeder of zuster die zich vergist, een van onze taken van naastenliefde kan zijn. Dit is nooit gemakkelijk – zeker niet in deze tijd waarin alle waarden relatief lijken en je het risico loopt om afgewezen te worden. Broederlijke of zusterlijke vermaning dient altijd geïnspireerd te zijn op liefde: het is een van de geestelijke werken van genade. Ik bid om liefde en wijsheid, opdat ik een goede manier mag vinden voor het verrichten van deze taak van naastenliefde.
*Omdat Jezus zijn eigen geest met ons deelt, is de gemeenschap van gelovigen erg nauw met Hem verbonden: al wat wij hier binden of ontbinden wordt ook in de hemel gebonden en ontbonden en al wat we in eensgezindheid vragen zal ons door de Vader gegeven worden. Ik vraag om dit inzicht en om een sterker geloof in de aanwezigheid van Christus in het midden van de Kerk.
Bron: Gewijde Ruimte