Rik Torfs (1956) studeerde rechten, notariaat en kerkelijk recht aan de universiteiten van Leuven en Straatsburg. Na zijn promotie in 1987 doceerde hij kort in Utrecht en vanaf 1988 in Leuven. Zijn vakgebied is het interne recht van de rooms-katholieke kerk. Tegelijk houdt hij zich actief bezig met de verhoudingen tussen recht en religie. Dat thema bracht Torfs na de val van de Berlijnse muur in vele landen van Centraal- en Oost-Europa waar hij aan nieuwe wetten over godsdienstvrijheid mocht meewerken. Rik Torfs is ook actief in de media en politiek. Tussen 2006 en 2009 maakte hij bijvoorbeeld voor de VRT het televisieprogramma Nooitgedacht, een reeks diepte-interviews met politici, filosofen en kunstenaars. Tussen 2010 en 2013 zat hij in het Belgische parlement en daarna werd Torfs rector van de Katholieke Universiteit Leuven, de oudste universiteit der Nederlanden (opgericht in 1425).
Het toekomstige fundament van een samenleving houdt u zeer bezig, nietwaar? “Ik ben een man, dus behoorlijk narcistisch en egocentrisch, maar tegelijk besef ik heel goed in het leven enkel een voorbijganger te zijn. Je moet als je bij je verstand bent niet enkel aan jezelf denken, maar ook aan de nieuwe generatie. Het is belangrijk de talenten die je hebt, hoe gering en relatief ze ook zijn, met vele mensen te delen.”
Thema 1: TECHNIEK “Ik ben zeker geen toonbeeld van handigheid. Gelukkig volgde ik nooit lessen in houtbewerking, want dan had ik nu geen vingers meer. Ook op puur technologisch vlak ben ik zeker niet de eerste om met nieuwe evoluties mee te zijn. Mijn eerste mobieltje dateert van 2001, toen normale mensen al aan apparaten van de tweede of de derde generatie toe waren. Toch weet ik zeker dat de techniek onze samenleving sterk beïnvloedt en zal blijven beïnvloeden. Wel is het belangrijk om haar aan te wenden in een breder perspectief. Je moet eerst een visie ontwikkelen, en er dan techniek en technologie dienstbaar aan maken. Zo geloof ik niet dat digitaal onderwijs ooit in de plaats zal komen van een visie over wat opleiding en vorming kunnen betekenen. Maar het onderwijs van de toekomst is er natuurlijk een belangrijke plaats voor de digitale wereld, juist om de onderliggende visie krachtiger te vertolken.
Er zijn ook onverwachte consequenties aan de technologische evolutie verbonden. Vele mensen denken: we hoeven niet zo ontzettend veel te weten of te onthouden, we zoeken het gewoon op. Maar, gek genoeg, om dingen op te zoeken, moet je veel weten. Het is bijvoorbeeld belangrijk om goed te kunnen evalueren welke informatie zinvol is en welke niet, om te zien wanneer het om overbodige details gaat en wat essentieel is. In een maatschappij waarin we alles kunnen opzoeken moeten we dus eerder meer weten dan minder. Al was het maar om overbodige informatie weg te gooien.”
Thema 2: ETHIEK “Ethiek is een fantastisch boeiend, maar ook een gevaarlijk onderwerp. Soms maken mensen prachtige charters en mission statements, overlopend van ethische bevlogenheid. Maar misschien doen ze dat wel om daarna gewoon hun gang te kunnen gaan. Hun idealen blijven dan van papier.”
Geldt dat ook niet voor de woorden ‘normen en waarden’? “Mensen hebben het vaak over normen en waarden. Daaraan trekken ze zich op. Maar dat normen en waarden in één adem worden genoemd, is een beetje bedrieglijk. Waarden zijn handelwijzen en gedragingen die mensen met elkaar delen, spontaan, zonder dat er iemand is die ze afdwingt. De enige sanctie tegenover het negeren van waarden is sociale uitsluiting. Wanneer je altijd vals speelt tijdens het kaartspel met de buren, zullen die op zoek gaan naar een andere medespeler. Maar je belandt niet in de gevangenis. Normen zijn, anders dan waarden, regels die eventueel kunnen worden afgedwongen. Als je een wet niet volgt, treedt de politie op en volgt eventueel een veroordeling door de rechtbank. Normen en waarden kunnen weliswaar in elkaars verlengde liggen, maar heel vaak is het precies andersom. Wanneer waarden verdampen, als mensen niet genoeg attitudes spontaan met elkaar delen, treden normen in de plaats, als een laatste redmiddel, als een manier om, desnoods gedwongen, toch enige orde in de samenleving te brengen.”
Kunt u daar een voorbeeld van geven? “Neem nu het zomerse fenomeen van de barbecue. Eigen daaraan is dat die in de open lucht plaatsvindt. Dus moet je zorgvuldig zijn. Je nodigt misschien best je buren uit, zodat die geen hinder ondervinden. Doe je dat niet, dan waarschuw je hen tenminste vooraf. Je zet de muziek niet te luid en beëindigt het feest op een behoorlijk uur in de avond. Lukt dat niet, dan volgen klachten van de buren, loeiende politiesirenes diep in de nacht, en vroeg of laat een gemeentelijk reglement dat stipuleert wat mag, niet mag en moet wanneer je een barbecue organiseert. Of, anders gezegd, wanneer waarden niet langer worden gedeeld, komen normen in de plaats om een minimale maatschappelijke ordening mogelijk te maken. In die zin gaat het in onze samenleving niet over normen en waarden, maar over normen of waarden. Heel veel normen wijzen op een samenleving die weinig waarden deelt.”
Hoe duidt u vervolgens waarden? “Waarden zijn doorgaans gebaseerd op een realistische ethiek. Mensen kijken natuurlijk naar hun eigen positie en belangen, maar beseffen tegelijk, vaak onuitgesproken, dat ze enkel in verbondenheid met anderen volledig mens kunnen worden. In mijn ogen betekent zulks dat sommige schijnbaar oude of verouderde waarden onvermijdelijk zijn om de samenleving draaglijk of aangenaam te maken. Vergiffenis, barmhartigheid, generositeit bijvoorbeeld. Opvallend is dat ze alle drie verschillen van wederkerige overeenkomsten in de zin van: ik geef u dit, en u krijgt dat. Natuurlijk blijft wederkerigheid een maatschappelijk belangrijk concept, maar af en toe moet ze worden doorbroken en is er behoefte aan een moment van belangeloze generositeit.
Een ander belangrijk punt is de gedachte dat wij op deze aarde slechts voorbijgangers zijn. De wereld is niet van ons, wij zijn van de wereld. Juist omdat wij voorbijgangers zijn, hebben wij de plicht de aarde minstens even goed achter te laten als we haar hebben gevonden. Uitputting van grondstoffen, bevolkingsexplosie, overconsumptie zijn gevaren die op de loer liggen. Als goede rentmeesters moeten wij aan de aarde en haar toekomst denken en niet enkel aan de vluchtige geneugten in ons eigen bestaan.”
Thema 3: RELIGIE “Ik geloof niet dat de secularisering zich voortzet, ook al omdat ze geen universeel verschijnsel is. Secularisering komt het vaakst voor in een samenleving zonder dromen. Religie heeft te maken met het transcendente. Dat betekent dat ze niet probeert het bestaande volledig onder controle te krijgen, maar dat ze, om de toekomst vorm te geven, de droom levend wil houden.”
Waarom zouden mensen een droom, gevoed door religie, moeten hebben? “Religie zorgt voor verbondenheid. Dat is het tegendeel van kuddegeest. Je kunt je immers enkel verbonden voelen als je zelf een individu bent, anders ben je een naamloos bestanddeel van een amorfe massa. Verbondenheid betekent ten diepste dat je niet alleen bent in je individualiteit. Dat is een gevoel dat mensen weleens hebben wanneer ze met anderen in een kerk of een moskee zijn. Je kent die andere aanwezigen niet altijd, of niet goed. Je vindt hen niet per se allemaal sympathiek. Je weet geenszins of ze met dezelfde verwachtingen als jij naar de kerk of moskee komen of niet. Wat je wel weet is dat ze allemaal komen met bepaalde verwachtingen. Dat die wat onduidelijk blijven, en ongetwijfeld van persoon tot persoon verschillen, maakt het alleen maar mooier. Zelf heb ik vaak het gevoel, als ik in vreemde continenten een zondagsmis bijwoon, dat de mensen die er zitten mij toch iets nabijer zijn dan andere burgers van datzelfde land. Dat is geen kwestie van discriminatie. Ik respecteer iedereen, maar voel me toch iets meer verbonden met mensen die eenzelfde religie delen.”
Welke plek heeft het religieuze individu in de toekomst? “Het is belangrijk dat wij ons religieuze leven niet aan anderen uitbesteden. Het geloof is naar mijn aanvoelen – ook al ben ik een katholiek die wekelijks naar de kerk gaat – te belangrijk om het helemaal in handen van een kerkelijke of andere organisatie te leggen. In uitgevaardigde regels of opgelegde waarheden kan je trouwens niet echt geloven. Je kunt regels naleven en aan waarheden lippendienst verlenen, maar wat je echt denkt en voelt, bepaal je uiteindelijk zelf, ook al vloeit je eigen keuze voort uit het culturele en religieuze milieu waarin je bent opgegroeid.”
Thema 4: POLITIEK “Ik blijf heel erg geloven in een democratisch politiek systeem. Democratie is niet mogelijk wanneer zij ver van de mensen staat. Ik voel enige huiver tegenover getrapte systemen. Dat is het probleem van de Europese Unie. Het zou mooi zijn mochten we voor een president van Europa kunnen stemmen bijvoorbeeld. Dan zouden we ons meer verbonden voelen met ons continent. Nu denken we bij het begrip Europa te veel aan eurocraten of aan delicate politieke evenwichten tussen grote lidstaten. Zo zien we vaak niet helder hoe Europa een deel van onze identiteit zou kunnen zijn.”
Ziet u nieuwe vormen van democratie ontstaan? “Directe democratie, volksvergaderingen op een marktplein in Appenzell, beslissingen bij handopsteking: dat heeft wel wat. Maar al te directe democratie is ook niet altijd goed. Bij een referendum wordt voor of tegen een concreet project gestemd –een nieuwe tunnel bijvoorbeeld- zonder dat alle consequenties van de beslissing in rekening worden gebracht. Daarom blijf ik geloven in de representatieve democratie, ook in 2050, maar dan wel eentje waarin politici een eigen persoonlijkheid hebben en niet worden gedirigeerd vanuit de machtscenakels der politieke partijen. Wellicht is de politieke wereld van de toekomst een mengeling van de traditionele representatieve democratie en een directere vorm van inspraak op een zeer lokaal vlak. Op dat laatste niveau zullen mensen wellicht veel vaker proberen naar een echte consensus te streven. Of dat lukt hangt natuurlijk in ruime mate af van de kracht van het lokale weefsel.”
Welke politiek thema zal een grote rol spelen volgens u? “Hoe we de Europese sociale welvaartsstaat overeind gaan houden in een wereld waarin het kapitalisme overheerst en het aandeel van ons continent langzaam afbrokkelt. De essentie van de sociale welvaartsstaat in moeilijke tijden overeind houden: dat is een niet gemakkelijke, doch noodzakelijke opdracht.”
Thema 5: MIGRATIE “Mensen migreren voortdurend, op zoek naar een beter lot. Bij migratie zijn altijd verschillende landen betrokken. Het land van waaruit iemand vertrekt, en het land waar iemand aankomt. Ook de wensen van de inwoners van het tweede land zijn natuurlijk van belang. Een ongecontroleerde migratiestroom kan niemand dragen. Maar andersom: een angstvallig sluiten van grenzen is evenmin duurzaam.”
Wat is de gulden middenweg? “Mijn hoop is dat migratie een positieve keuze wordt. Zulks impliceert dat niemand het gevoel heeft dat hij of zij niet anders kan dan zijn land te verlaten. Daarom is het nodig dat er overal voldoende welvaart is, voldoende vrijheid, voldoende levenskwaliteit. Dat kan moeilijk in een straatarm land, maar evenmin in een rijke streek onder een dictatoriaal regime. Wanneer de levensomstandigheden overal behoorlijk zijn, wordt migratie eerder een keuze. En lukt ze niet, dan is dat geen ramp. In een rechtvaardige wereld is migratie niet langer een kwestie van leven of dood. Als dat niet meer het geval is, kan het beoogde migratieland van de inwijkeling ook makkelijker selecteren wie het wel en wie het niet toelaat. Humanitaire prioriteiten zijn dan niet langer doorslaggevend.”
Zal migratie rechtsprincipes onder druk zetten? “De grondgedachte is deze: vluchtelingen in de zin van de Conventie van Genève moeten altijd worden toegelaten. Maar laten we ervoor zorgen dat er weinig vluchtelingen zijn en dat in een betere wereld economische migranten minder talrijk worden.”
Thema 6: WENS “Heel vaak zien wij wat verandert in onze omgeving. Maar we hebben veel minder oog voor wat hetzelfde blijft, al vergt dat laatste wellicht een nog scherpere blik. Wanneer we een paar maanden lang niet in een ons zeer bekende winkelstraat zijn geweest, zien we vooral de ene nieuwe winkel die erbij is gekomen, terwijl we alles wat bleef zoals het was niet eens opmerken.
Die gedachte fascineert mij de laatste jaren steeds meer. Wat blijft altijd, terwijl alles nieuw wordt, of lijkt te worden? Naar mijn gevoel blijft de essentie: enerzijds is de mens een rationeel wezen, in staat tot wetenschappelijke ontdekkingen, tot uitvindingen, tot ondernemerszin en dynamiek. Anderzijds hunkert hij naar schoonheid, liefde, transcendentie, eenheid met de natuur. Hij is genereus en egoïstisch tegelijk, redelijk en gevoelig, goed en slecht, mooi en lelijk. Hij zal altijd zo blijven. De mens wordt niet beter en wordt niet slechter. Net omdat hij onvolmaakt is, kun je van hem houden. En om dezelfde reden kun je blijven dromen van een betere wereld. Die droom houdt op wanneer volmaaktheid wordt bereikt, maar ik ben er nogal van overtuigd dat we daar in 2050 even ver vanaf zullen staan als vandaag.”
Enis Odaci is redacteur van Nieuwwij.nl
Meer info: http://www.nieuwwij.nl/