Lawaai verbruikt, stilte voedt…Abt Bernardus aan het woord…

In de eerste lezing ( Uit de profeet Joël 2, 12-18 ) verlaten de bruidegom, de bruid en de priesters de ruimtes waar zij normaliter thuis horen. De bruidegom verlaat zijn kamer daar waar hij zijn vrienden ontvangt die hem prijzen op de dag van zijn huwelijk. Hij verlaat de ruimte waar hij zelf het middelpunt van is. De bruid verlaat het bruidsvertrek daar waar zij wacht op de liefde een liefde die haar zelf zal bevredigen. De priester verlaat de plek van de eredienst, de plek waar hij bemiddelt of te wel al te vaak in de weg staat tussen God en zijn mensen. Al deze mensen trekken weg uit zichzelf en dat is precies wat de vastentijd wil beogen. De veertigdagentijd is binnengaan in de stilte waarin wijzelf niet meer het centrum van de wereld zijn. Wegtrekken uit onszelf om in het verborgene, het onbekende God, onszelf en de ander echt te ontmoeten. Opmerkelijk is dat dit wegtrekken er op lijkt dat we naar buiten moeten maar voor Jezus is dit juist een weg naar binnen. Wegtrekken uit jezelf is paradoxaal genoeg een naar binnen trekken in jezelf.

We beginnen vandaag aan die tocht naar binnen toe, een tocht van veertig dagen op weg naar het verborgene. In dat verborgene ligt een schat waarvoor we ooit alles hebben achtergelaten om die opnieuw te zoeken. We weten dat die schat er ligt en dat geeft ons geloof, hoop en liefde. Die schat verborgen in de akker is niet te vinden in het lawaai van de vele woorden die ik nodig heb om mijzelf in het centrum te plaatsen, Hoe mooi ze ook mogen klinken. Noch in het rondbazuinen van mijn goede daden, hoe goed ik wel niet ben, noch in de neiging om alle aandacht op mijzelf te vestigen. Hoe belangrijk is ook mag zijn. Neen, de schat, God zelf laat zich vinden in de stilte van de binnenkamer daar waar Hij ons aanziet en zegt: jij bent mijn geliefd kind, in jou heb ik welbehagen. In de stilte van die binnenkamer zal de bruid de Bruidegom vinden en de priester zijn God. Moge wij in deze veertigdaagse vasten de stilte weer herontdekken en deze ook daadwerkelijk proeven.

In de stilte van dit moment klinkt dadelijk: mens, bedenk dat je stof bent en tot stof zult wederkeren. Te midden van al het lawaai dat ik zelf produceer is dit een stil schok moment dat mij zal doen beseffen: niet aan ons, Heer, niet aan ons, maar aan Uw Naam geef de eer!

Abt Bernardus / Aswoensdag 1 maart 2017