Lucas 12,13-21
In die tijd zei iemand uit het volk tegen Jezus: “Meester, zeg aan mijn broer dat hij de erfenis met mij deelt. “ Maar Jezus antwoordde hem: “Man, wie heeft Mij over u tot rechter of verdeler aangesteld?” En hij sprak tot hem: “Pas op en wacht u voor alle hebzucht! Want geen enkel bezit, – al is dit nog zo overvloedig – kan uw leven veilig stellen.”
Hij vertelde hun de volgende gelijkenis: “Het land van een rijk man had een grote oogst opgeleverd. Daarom overlegde deze bij zichzelf: Wat moet ik doen? Ik heb geen ruimte om mijn oogst te bergen. En hij zei: Dit ga ik doen: ik breek mijn schuren af en bouw grotere: daarin zal ik dan heel mijn rijkdom aan koren bergen. Dan zal ik tot mijzelf zeggen: Man, je hebt een grote rijkdom liggen, voor lange jaren; rust nu uit, eet en drink en geniet ervan! Maar God sprak tot hem: Dwaas! Nog deze nacht komt men je leven van je opeisen; en al die voorzieningen die je getroffen hebt, voor wie zijn die dan? Zo gaat het met iemand die schatten vergaart voor zichzelf, maar niet rijk is bij God.”
Enkele bedenkingen bij de lezing van zondag 31 juli
*De rijke man heeft een ‘ikke, ikke, ikke’ complex. Hij komt niet over als zondig of kwaadaardig. Maar wel als zelfzuchtig en hebzuchtig. Hij is bezig met zichzelf, zonder te denken aan de ander. Heer, zit ik gevangen in die onheilige drievuldigheid van ‘ikke, ikke, ikke’?
*Je zou kunnen zeggen dat de rijke man niet dwaas handelt wanneer hij een voorraad aanlegt met het oog op de toekomst. Maar het is zijn eigen toekomst die hij op het oog heeft, en niet de toekomst van anderen. Hij denkt er niet aan om zijn overvloed te gebruiken om er anderen mee te helpen. Heer, maak van mij een dankbaar mens. Dat ik mij ervan bewust mag zijn dat al het goede in mijn leven afkomstig is van U en ook bestemd is voor anderen.
Bron: Gewijde ruimte.