Mattheüs 5, 17-37

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: Denkt niet dat Ik gekomen ben om Wet en Profeten op te heffen; Ik ben niet gekomen om op te heffen, maar om de vervulling te brengen. Want voorwaar, ik zeg u: Eerder nog zullen hemel en aarde vergaan, dan dat een jota of haaltje vergaat uit de Wet, voordat alles geschied is. Wie dus een van die voorschriften, zelfs het gering­ste, opheft en zo de mensen leert, zal de geringste geacht worden in het Rijk der hemelen, maar wie ze onderhoudt en leert zal groot geacht worden in het Rijk der hemelen. Ik zeg u: Als uw gerechtigheid die van de schriftge­leerden en Farizeeën niet ver overtreft, zult gij zeker niet binnengaan in het Rijk der hemelen.
Gij hebt ge­hoord, dat tot onze voorou­ders is gezegd: Gij zult niet doden. Wie doodt zal strafbaar zijn voor het gerecht. Maar Ik zeg u: Al wie ver­toornd is op zijn broeder, zal strafbaar zijn voor het gerecht. En wie tot zijn broeder zegt: raka, zal strafbaar zijn voor het Sanhedrin, en wie zegt dwaas, zal strafbaar zijn met het vuur van de hel.
Als gij uw gave komt brengen naar het altaar en daar schiet u te binnen dat uw broeder iets tegen u heeft, laat dan uw gave voor het altaar achter, ga u eerst met uw broeder verzoenen en kom dan terug om uw gave aan te bieden. Haast u het eens te worden met uw tegenpartij, zolang ge nog met hem onderweg zijt; anders zou uw tegenpartij u wel eens aan de rechter kunnen overleveren, en de rechter u aan de gerechtsdienaar, en zoudt gij in de gevangenis worden geworpen.
Voor­waar, Ik zeg u: Ge zult daar niet uitkomen, voordat ge tot de laatste penning hebt betaald.

Gij hebt gehoord, dat er gezegd is: Gij zult geen echtbreuk plegen. Maar Ik zeg u: Alwie naar een vrouw kijkt om haar te begeren, heeft in zijn hart al echtbreuk met haar gepleegd. Indien uw rechteroog u aanstoot geeft, ruk het uit en werp het van u weg; want het is beter voor u, dat een van uw lichaamsdelen verloren gaat dan dat heel uw lichaam in de hel wordt geworpen.
En als uw rechterhand u aanstoot geeft, hak ze af en werp ze van u weg, want het is beter voor u, dat een van uw lichaamsde­len verloren gaat dan dat heel uw lichaam in de hel terecht komt.
Ook is er gezegd: Wie zijn vrouw verstoot, moet haar een scheidings­brief geven. Maar Ik zeg u: Wie zijn vrouw verstoot, behalve in geval van ontucht, brengt haar ertoe echtbreekster te worden; en wie een verstoten vrouw huwt, begaat echtbreuk.

Eveneens hebt gij gehoord, dat tot onze voorouders gezegd is: Gij zult geen valse eed doen, maar gij zult voor de Heer uw eden houden. Maar Ik zeg u in het geheel niet te zweren; noch bij de hemel, want dat is de troon van God; noch bij de aarde, want dat is zijn voetbank; noch bij Jeruzalem, want dat is de stad van de grote Koning. Ook bij uw hoofd moet gij niet zweren, want gij kunt niet een haar wit of zwart maken.
Maar uw ja moet ja zijn en uw neen, neen; en wat daar nog bij komt, is uit den boze.

Enkele bedenkingen bij de lezing van zondag 12 februari 2017

* Deze woorden komen uit de Bergrede. Voor de Schriftgeleerden en Farizeeën werd deugdzaamheid afgemeten naar de uiterlijke observantie van de wet. Hoe beleef jij de woorden uitgesproken door Jezus?

*Voor Jezus bestaat de ware deugd in het hart. Hij verwacht dat mensen eerbiedig en met respect met elkaar omgaan.
Met de geliefden omgaan: Hoe doe jij dat?

*Een christen moet oprecht en vertrouwenswaardig zijn, iemand die zich houdt aan zijn woord.
Wat is de waarde van mijn uitgesproken en/of uitgeschreven woorden ?

Bron: Gewijde Ruimte