Vervolg: “Mens, je bent Mij lief, Ik hou van je”

 

Als je iemand graag ziet, dan wil je hem of haar zeggen wie je bent. Door zijn Woord zegt God ons wie Hij is : “Ik ben God, Ik ben liefde en ik hou zoveel van je dat mijn liefde je in het leven roept en je doet bestaan. Ik geef je alles wat Ik heb, mijn Woord, mijn Zoon, mijn Geest : Ik geloof in je.” Dat is het woord dat God vandaag weer in je hart zaait. Hoe reageer jij daarop ? Misschien zeg je : ”God gelooft in mij misschien, maar ik geloof niet in God : ik voel me naar, ellendig, ik ben al zolang ziek, mijn vriend heeft mij in de steek gelaten, nee, ik kan niet geloven dat ik bemind ben door God”. Als je dat zegt, valt Gods woord op de harde weg en de boze rooft weg wat God gezaaid heeft in je hart. Wees echter niet ontmoedigd, God laat je niet vallen : je voelt je rot vandaag, maar morgen zaait God opnieuw en steeds opnieuw zijn woord van liefde in jouw hart.

Maar misschien voel jij je echt gegrepen door Gods woord van liefde, van ontroering komen er tranen in je ogen. Je voelt je bemind en dat houdt je hart warm. Je doet echter niets met die liefde. Gods woord schiet dan geen wortel in je hart. “Als God ons zò bemint, dan moeten wij elkander liefhebben”, zegt Johannes. Gods woord schiet wortel in ons hart als we zelf metterdaad liefhebben.

Als we echter niet naar anderen toegaan met Gods liefde, dan verschrompelt zijn woord. Gods woord was in ons snel opgeschoten met grote gevoelens, maar zodra we ons moesten confronteren met de anderen, verdween dat grote gevoel ; in de praktijk was Gods liefde ons teveel gevraagd en zo verdorde zijn woord bij gebrek aan wortel.

Er is ook graan dat weelderig opschiet, maar dat uiteindelijk verstikt tussen de distels. De liefde is een delicaat plantje. Ze begint probleemloos : ze schiet geweldig op, gedragen door vurige gevoelens, door het nieuwe van de ontdekking en de charme van het uiterlijke der dingen. Om te duren moet de relatie echter groeien van het sentiment naar de duurzame trouw. Onze relaties kwijnen weg als we geen er geen tijd voor nemen. De relatie met God maakt daar geen uitzondering op. Als we geen ruimte geven aan het Woord, als we geen tijd nemen om even rustig bij God te verblijven, dan verstikt Gods woord tussen de weelderig opschietende bekommernissen. En uiteindelijk weet je zelfs niet meer hoezeer je door God bemind bent.
Doch als het het liefdewoord van God wortel mag schieten in je hart, en als het aandachtsruimte krijgt in je leven om er te groeien, dan bloeit het open, en het draagt vrucht zodat je Gods liefde kan vermenigvuldigen maal jouw liefde, en dertig-, zestig-, honderdmaal vloeit Gods glimlach over van jouw liefdevol hart naar de mensen die Hij liefheeft, met jouw hart.

Met bijzondere dank aan broerder Marc uit de abdij van Orval.